Dyslectische kinderen hebben moeite met lezen en schrijven. In het muziekonderwijs is het van belang om te weten welke invloed deze stoornis heeft op het ‘lezen’ van muzieknoten en hoe de docent daarop kan inspelen. Dit stuk is geschreven vanuit het perspectief van de privéles maar is ook toepasbaar op andere vormen van muziekonderwijs. Kinderen kunnen op zeer jonge leeftijd met vioolles beginnen waardoor dyslexie mogelijk al naar voren komt voordat de leerling leert lezen op school. Wanneer de diagnose dyslexie al is gesteld, dan kan er tijdens de muziekles rekening mee worden gehouden. Er is veel onderzoek gedaan naar deze stoornis maar relatief weinig naar dyslexie en muziek in het bijzonder. Judith Pertz, fluitiste, heeft een boek geschreven over haar ervaring met dyslectische fluitleerlingen en haar onderzoek naar de literatuur aangaande dit onderwerp. Haar boek, Muziek en Dyslexie: handleiding voor docenten instrumentaal onderwijs, geeft in het Nederlands uitleg en praktische adviezen. Behalve dit boek heeft zij ook een website aan dit onderwerp gewijd. De docent die een dyslectische leerling heeft zou het boek van Pertz als aanvulling op deze tekst kunnen lezen. Het boek is te bestellen op haar website. Dit geldt ook voor het boek Music & Dyslexia: opening new doors bewerkt door Miles en Westcombe (ISBN 1861562055). Dit boek gaat ook in op dyslexie bij muziekstudenten op conservatorium niveau en professionele musici. Speciaal voor docenten is het boek Instrumental Music for Dyslectics geschreven door Sheila Oglethorpe (ISBN 1861562918). Beide boeken zijn op o.a. Amazon.com te bestellen.
De muziekdocent kan ervoor zorgen dat de leerling op school vanaf het begin de juiste begeleiding krijgt wanneer het leert lezen. De docent kan het vermoeden aangeven bij de ouders, die dit op hún buurt bij de school kunnen doen. Op deze manier kan men op school extra alert zijn op mogelijke leesproblemen of dyslexie. Zo wordt het kind de kans geboden om zich vanaf het begin zo optimaal mogelijk te ontwikkelen binnen zijn of haar mogelijkheden. Wat betreft het bovenstaande onderwerp en dyslexie in het algemeen, is het aan te raden de brochure van de SDN te lezen. De informatie in deze brochure is betrouwbaar, overzichtelijk en wordt bij nieuwe ontwikkelingen aangepast. De brochure is opgesteld voor psychodiagnostici/behandelaars in de klinische praktijk, het onderwijs en de onderwijsondersteuning en bevat wetenschappelijk verantwoorde informatie. Hoewel de viooldocent geen diagnose stelt en de leerling niet behandelt, is deze brochure toch erg bruikbaar om op de hoogte te blijven van de recente gang van zaken in de hulpverlening en het onderwijs. Over de definitie van dyslexie zegt de SDN: ‘Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en/of vlot toepassen van het lezen en/of het spellen op woordniveau.’ (Kleijnen, R. 11) De leesproblemen moeten ‘hardnekkig’ zijn, niet alleen bij het leren lezen en spellen maar ook bij het snel en automatisch lezen. Hiervan kan men pas spreken als de leesproblemen al zijn aangepakt met behulp van het onderwijsprotocol leesproblemen en dyslexie. Dit houdt in dat er systematisch een half jaar lang, tenminste driemaal per week, twintig minuten extra instructie wordt gegeven voor het technisch leren lezen. Dit moet gebeuren door een leerkracht of remedial teacher. Wordt hiermee geen vooruitgang geboekt, dan spreekt men van didactische resistentie. Wanneer de muziekdocent denkt dat de leerling mogelijk dyslectisch is, is het nog te vroeg om van een ‘hardnekkig’ probleem te kunnen spreken. De diagnose dyslexie is volgens de definitie vóór het leesstadium dus onmogelijk te stellen. De muziekdocent heeft zelf niet de bevoegdheid om dit te doen. De functie van de docent moet puur tot signalering beperkt zijn. De diagnose wordt op basis van een speciaal protocol door een deskundige gesteld met behulp van verschillende onderzoeken. Hierna stelt een deskundige een dyslexieverklaring op. Deze verklaring geeft recht op verschillende faciliteiten in het onderwijs. De faciliteiten kunnen zijn: Verlenging van de tijd voor examens en proefwerken of vergroting van het lettertype van de opgaven. Het vergroten van het lettertype komt veel voor maar is voor veel specialisten een punt van discussie omdat het geen aantoonbaar verschil zou maken. Op conservatoria en muziekscholen zou er een speciaal protocol gehanteerd moeten worden waarin verschillende faciliteiten zijn opgenomen waaronder: verlenging van de examentijd voor theoretische vakken, in bijzondere gevallen mondelinge in plaats van schriftelijke toetsing en het meer tijd beschikbaar stellen voor het toetsen van het prima vista spel. ALGEMENE KENMERKEN Bij dyslexie gaat het om problemen bij het technisch leren lezen. Technisch lezen wil zeggen dat het gaat om het herkennen van de koppelingen tussen klanken (fonemen) en schrifttekens (grafemen). Dit proces noemen we ook wel 'decoderen' en is bij veel kinderen met dyslexie een groot probleem waardoor de automatische woordherkenning lastig wordt. Ze blijven namelijk in het decodeerproces hangen. Dyslectische kinderen ondervinden daardoor veel problemen bij het begrijpend lezen die ze zonder dyslexie waarschijnlijk niet zouden hebben. Dyslexie komt regelmatig voor in combinatie met andere stoornissen en worden de problemen extra zwaar. Bij kinderen met dyslexie is vaker dan bij andere kinderen sprake van spraak-taalstoornissen, motorische stoornissen, rekenstoornissen of ADHD. Hier volgt een lijst met kenmerken die is opgesteld door de stichting Balans en het steunpunt dyslexie voor ouders van kinderen met deze stoornis.
Wanneer kinderen met dyslexie hardop lezen valt de stoornis het meest op. Ze maken veel fouten, lezen spellend en langzaam of snel door de woorden te raden. Intelligente kinderen kunnen heel lang hun dyslexie verbergen door zichzelf allerlei trucs aan te leren. Ze kunnen bijvoorbeeld goed woorden raden of schrijven onleesbaar om fouten te verbloemen. Op de middelbare school valt de dyslexie bij hen pas op, omdat ze dan veel nieuwe begrippen en vreemde talen moeten leren waardoor de oude trucs niet meer voldoen. Dyslectische kinderen schrijven vaak onleesbaar of traag. Ze maken veel spelfouten en het kan zijn dat ze een woord telkens anders spellen. Het leren van spellingsregels is dus erg belangrijk maar wel erg belastend voor het geheugen. Dyslectische kinderen proberen namelijk vaak van elk woord apart de spelling te onthouden. Dyslectici hebben vaak problemen met het werkgeheugen. In de meeste gevallen kan het kind de informatie wel opslaan maar deze niet snel ophalen. Dit valt op doordat ze vaak moeilijk op woorden kunnen komen of dingen erg omslachtig omschrijven. Bij dyslectici verlopen een aantal processen niet of onvoldoende automatisch waardoor het werkgeheugen extra wordt belast. Er ontstaat een kettingreactie: Door de hoge belasting van het werkgeheugen is het moeilijk om er veel informatie in op te slaan. Hierdoor is het onmogelijk om de informatie goed of compleet in het lange termijn geheugen op te slaan. De verkeerde of incomplete informatie is daardoor lastiger en trager uit het lange termijn geheugen op te halen. Dyslectische kinderen hebben moeite met multitasken. Dit valt op wanneer ze bijvoorbeeld een les volgen en tegelijkertijd moeten schrijven, als ze een gesprek voeren met meerdere mensen tegelijk, wanneer ze moeten leren in een onrustige omgeving of bij luistertoetsen waarbij snel en onder tijdsdruk gewisseld moet worden tussen luisteren, lezen, ophalen van informatie en beantwoorden van de vraag. Dyslectici hebben vaak een goed ruimtelijk voorstellingsvermogen en zijn vaak beelddenkers. (Davis, pag. 27, De Gave van Dyslexie (ISBN 9789038907451)). Daardoor zijn ze vaak te vinden bij studies zoals Bouwkunde, Industrieel Ontwerpen of in de beeldende kunst. Vaak kunnen deze leerlingen door hun dyslexie vaak niet meteen het schoolniveau halen dat past bij hun talent omdat de taalaspecten dan een te grote barrière vormen. Daarom komt het vaak voor dat dyslectici een alternatieve route volgen naar de juiste opleiding. Ze gaan bijvoorbeeld eerst naar het VMBO waar ze de richting kiezen die nodig is voor de MBO studie van hun keuze. Na het MBO volgen ze een soortgelijke studie op het HBO en soms belanden ze uiteindelijk op de Universiteit. Op die manier wordt de taal voor een belangrijk deel in het voortraject omzeild. Dyslexie heeft niets te maken met intelligentie. Dyslectici kunnen desondanks veel te maken krijgen met anderen die door onwetendheid denken dat zij dom of ongeïnteresseerd zijn. Dit kan zo overkomen omdat ze meer tijd nodig hebben om informatie te automatiseren. Door deze houding van anderen hebben dyslectici vaak last van faalangst en onzekerheid. Voor kinderen kan het een grote negatieve prestatiedruk en daardoor onzekerheid opleveren wanneer zij merken dat ze meer moeite hebben met het leerproces dan anderen.
KENMERKEN MET BETREKKING TOT MUZIEK In de muziek worden naast noten ook veel andere dingen aangegeven. Denk aan maatsoort, sleutel, dynamiek, tempo-aanduidingen etc. De aanwijzingen en/of zangteksten kunnen in een van minstens vier verschillende talen voorkomen. Er staan naast de noten ook veel andere grafische tekens op een muziekblad die het van blad lezen voor de dyslectische musicus erg moeilijk maken. Dit uit zich o.a. bij het spelen van een tegenpartij, het al spelende moeten transponeren, het lezen in verschillende sleutels en het tellen van rusten. De leerling kan net als bij het lezen van woorden en zinnen, steeds op verschillende plekken tonen weglaten of invoegen. Bij het prima vista-spel komt dit vooral naar voren. Net als bij het spellen van woorden ontstaan ook vaak problemen met het uitschrijven van muziek (bijvoorbeeld bij een dictee). De leerling schrijft dan iets anders op dan hij denkt en ziet vervolgens de fouten niet. Het kan moeilijk zijn voor de dyslectische leerling om specifieke volgordes te leren. Bijvoorbeeld bij de opeenvolging van kruisen of mollen of bij toonladders. Moeilijkheden kunnen zich verder voordoen bij; het schriftelijk transponeren van muziek en het herinneren en herproduceren van een melodisch of ritmisch gegeven. Ook de moeilijkheden die bij dyslexie horen op andere gebieden, worden in het muziekonderwijs zichtbaar. Denk aan het gebrek aan snelle informatie verwerking, de beperkingen van het werkgeheugen en het gebrek aan automatisering van vaardigheden. (BDA) TIJDENS DE LES Het is voor dyslectici een goed idee om te beginnen met een instrument waarvoor op een enkele balk geschreven wordt in tegenstelling tot bijvoorbeeld muziekinstrumenten met een dubbele zoals de piano. De docent moet proberen een probleem vanuit zo veel mogelijk invalshoeken te benaderen. De British Dyslexia Association (BDA) noemt de term ‘multi-sensory’ waarmee bedoeld wordt dat bij de invalshoeken zo veel mogelijk verschillende zintuigen aangesproken moeten worden. Deze aanpak kan gebruikt worden bij bijvoorbeeld het herinneren van vingerzettingen, het herkennen van ritmische patronen, het begrip toonhoogte en de relatie tot notatie etc.
Het is belangrijk dat de leerling gemotiveerd blijft ondanks de moeilijkheden. Dit kan op verschillende manieren bereikt worden: De docent moet ervoor zorgen dat de leerling nooit te veel informatie of aanwijzingen in eens krijgt. Alles moet voor de leerling overzichtelijk blijven. Het gevoel van succes kan worden vergroot door een grote opdracht in kleine opdrachtjes uit te splitsen die niet moeilijk zijn uit te voeren. Het helpt om kleine vorderingen expliciet te belonen. Belangstelling van de docent is ook een motiverende factor. Let erop dat een dyslectische leerling in de groepsles niet in een negatieve uitzonderingspositie wordt geplaatst en de talenten van de leerling extra worden benadrukt. Het is belangrijk geduldig te zijn en nooit tekenen van ongeduld te vertonen. De docent kan de leerling helpen door de juiste leerstijl voor de leerling te achterhalen. De basis van deze leerstijl moet zijn dat de les de leerling altijd meer plezier brengt dan frustratie. De stof moet bij dyslectische leerlingen door de problemen bij de automatisering, stapje voor stapje systematisch aangeleerd worden. Er mag hierbij niets worden overgeslagen omdat de leerling niet goed zelfstandig de gaten kan invullen. De docent moet zorgen voor een duidelijke structuur met veel herhaling waarbij de leerling steeds iets meer zelfstandig doet. Let op: Het is belangrijk dat de leerling bij examens meer tijd krijgt voor het van blad lezen. Volgens Ronald Davis is het probleem bij dyslexie dat de leerling gedesoriënteerd raakt tijdens het lezen omdat er teveel wordt waargenomen. In de boeken van Davis De Gave van Dyslexie (ISBN 9789038907451) en De Gave van Leren (ISBN 9789038915401) geeft hij speciale oefeningen om te zorgen voor een betere focus bij de oriëntatie. Deze oefeningen zijn erg diepgaand en kunnen bijvoorbeeld door de ouders thuis gedaan worden om de problemen die door de dyslexie worden veroorzaakt te verminderen. De docent kan de ouders aanraden deze boeken te lezen. Wanneer de docent de leerling laat weten dat sommige dyslectici zeer begaafde musici zijn wordt duidelijk dat dyslexie geen belemmering hoeft te vormen om iets in de muziek te bereiken. Het moet duidelijk zijn voor de leerling dat deze zich niet moet laten afschrikken door de noten wanneer het in het beginstadium moeilijk is om te decoderen. Mocht de leerling zo veel problemen ondervinden door de dyslexie waardoor noten lezen (bijna) onmogelijk is, dan mag deze daardoor niet ontmoedigd raken om muziek te maken. Er zijn veel muziekvormen waarbij notenschrift minder belangrijk is.
© Judith van der Klip 2013
6 Comments
Marie Pen
10/11/2015 10:59:42 am
We weten inmiddels dat dyslexie een bedachte kwaal is en daarom niet bestaat.
Reply
Jacques
9/1/2016 09:41:19 pm
In passend onderwijs wordt het labelen minder belangrijk. Er wordt gekeken naar de ondersteuningsbehoeften van de leerling. Het gaat echter wel ver om te ontkennen dat dyslexie bestaat want het gevolg is dat je er dan ook geen begeleiding voor zou bieden. Ik zou zeggen; ga eens in de praktijk kijken naar de problemen die kinderen met dyslexie ondervinden in het leerproces voordat je roept dat het niet bestaat!
Reply
Bella
12/4/2017 11:02:28 am
Mijn dochter heeft ernstige dyslexie. Ze speelt sinds een paar maanden blokfluit en heeft totaal geen last van haar dyslexie. Noten kan ze gewoon lezen, benoemen en spelen. Bladmuziek is niet aangepast. Wel kan ze de titel van liedjes moeilijk lezen, maar daar teken ik dan een plaatje bij.
Reply
Leoniek
4/6/2017 09:52:28 am
Ik zie negatieve reacties. Maar hoe is het als je een kind hebt met het 'label'. Hoe fijn is het als je als kind weet dat je niet dom bent maar dat je 'gewoon' dyslexie hebt! Ik ben voor labels! Het maakt het leven overzichtelijk en helpt hen bij de faalangst. En het geeft begrip bij de leraren en geeft hen ook handvatten hoe ermee om te gaan. Dus go labels!
Reply
Leave a Reply. |
JudithCategories
All
Archives
November 2013
|